Hiken in Portugal: De 4 mooiste natuurparken

Sinds ik dit jaar meerdere hikes in diverse landen heb gedaan ben ik helemaal om. Een vakantiedag voelt voor mij het fijnst als ik (een paar uur) lekker bezig ben, een duik neem en afsluit met een diner ergens buiten. De dagen die ik in Portugal beleefde zagen er precies zo uit.

Mooiste natuurparken Portugal

Portugal is de ultieme bestemming om je onder te dompelen in de natuur. Behalve de bekende Algarve en de Dourorivier heeft Portugal een berglandschap dat ik in eerste instantie niet bij Portugal had verwacht. En ook op een klein oppervlake is de natuur elke keer weer anders. Ik bezocht 4 wonderschone natuurparken en ik ben er nog steeds niet over uit welke nou het mooist is…

Faia Brava

De eerste kennismaking met de natuur van Centro de Portugal is Faia Brava. Een 800 hectare groot reservaat dat we zien bij zonsondergang en dat bekend staat om zijn vogels. Dwars door het gebied stroomt de Côa rivier, een vertakking van de Douro. Een weids, looiend landschap met steile klifwanden langs de rivier zijn typerend voor Faia Brava. Evenals de verwilderde graanvelden op de plateaus, akkers met kurkeiken, amandelbomen en olijfbomen. Hier en daar wordt de aandacht getrokken door de karakteristieke witte torens waar vroeger duiven in werden gehouden vanwege de vruchtbare mest.

Prehistorische rotskunst: Côa Vallei

de Côa kwam net ook al eventjes voorbij; de Côa rivier stroomt door het natuurreservaat van Faia Brava en de Côa Vallei is daar onderdeel van. Côa Vallei ligt direct aan de gelijknamige rivier en is beroemd om zijn prehistorische rotskunst. De tekeningen bewijzen dat het gebied sinds het einde van de oude steentijd onafgebroken door mensen werd bewoond. Er zijn honderden plekken te vinden waarin gedurende meerdere millennia duizenden dierfiguren zijn gekerfd (5.000 in Foz Côa). Hierbij werd zowel in de grotten als daarbuiten dezelfde expressieve stijl gebruik. Het gebied geldt daardoor als het meest opmerkelijke ‘openluchtmuseum’ van Paleolithische kunst op het Iberisch schiereiland. Alles over de tekeningen is terug te vinden in het Côa museum (dat een fenomaal uitzicht geeft over onder andere de Douro).

Uitzicht vanaf museum, grenst aan de Douro

Douro internacional

Als derde komen we bij de welbekende Douro-regio, waar ik al vaker over schreef. Deze keer minder over de wijngaarden en quinta’s maar leerde ik vooral het ruige gedeelde kennen. Het Werelderfgoed erkende cultuurlandschap strekt zich uit vanaf de Spaanse grens tot aan Porto, waar de rivier uitmond in zee. De rivier was vroeger zo belangrijk omdat al het transport, en met name druiven voor de wijn, via bootjes over de rivier naar de stad gebracht werd. De tocht langs de “miradouros” is er een met de beste uitzichten, die surrealistischer worden als je door het gebied gaat hiken.

Serra da Estrela

De meest uitgesproken en met ruim 100.000 hectare het grootste natuurgebied van Portugal, is Serra da Estrela. Het ontstaan van de Serra da Estrela (Ster-gebergte) begon zo’n 300 miljoen jaar geleden en wandelend door dit gebied waan je je terug in de tijd óf juist alsof je op een bizar, grillig landschap van een andere planeet bent. De hoogste berg van het Portugese vasteland is zowel in de zomer als in de winter een populaire bestemming onder de Portugezen. Wat niet betekend dat het hier druk is overigens. De zomers brengen verkoeling van het soms bloedhete binnenland en in de winter kan er geskied worden. De Serra da Estrela is eigenlijk een granieten bult midden in veel oudere en lager gelegen leisteenformaties. Je wandelt er langs gletsjermeren, grillige rotspartijen, watervallen en diepe valleien. Af en toe kom je een schaapskudde tegen. Er zijn ongeveer 375 km wandelpaden uitgezet, met verschillende moeilijkheidsgraad.